U kunt op de fiets langs de belangrijke plekken in en rond de dorpen Driel en Oosterbeek waar onder andere de 1ste Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade vocht tijdens de Tweede Wereldoorlog.
De route van ruim 40 kilometer gaat onder andere over de landings-plaatsen en langs het hoofdkwartier van generaal-majoor Stanisław Sosabowski. Deze route maakt deel uit van de landelijke route langsde belangrijkste door Polen bevrijde plaatsen in Nederland. Start en eindpunt van de route is het informatiecentrum ‘De Polen van Driel’.
Waarom deze route?
“Als Stichting Driel – Polen zetten we ons in om de herinnering aan de Poolse bevrijders die in 1944 meevochten in Operatie Market Garden levend te houden. Hoogte punt is de jaarlijkse herdenking in september. We zagen dat door het jaar heen er belangstelling is. Daarom ontstond in 2014 het informatiecentrum dat start- en eindpunt vormt van deze route. Met deze fietsroute willen we, in samenwerking met Liberation Route Europe (LRE) en andere partners, de verhalen die te vertellen zijn tot leven brengen op de plaatsen waar ze zich af speelden. Dit deden we eerder ook met onze wandelroute.”
Wat kunt u zien op deze route?
De route voert u door de mooie Over Betuwe. Dit was het strijdtoneel van het landleger en een belangrijk deel van de parachutistenbrigade. Ook voert de route u over de Veluwezoom en daarmee het strijdtoneel rond Oosterbeek waar de Polen meevochten in de bittere strijd in en rond de perimeter. Het gebied waar de geallieerden stand probeerde te houden tegen de oprukkende Duitse troepen nadat de brug in Arnhem verloren was gegaan.
Verhalen
Bij de verschillende belangrijke plekken vertellen we het verhaal van onze Poolse bevrijders. Vaak verhalen van soldaten die het helaas niet konden na vertellen en die nu begraven liggen op de begraafplaats in Oosterbeek, uiteraard ook een punt op de route.
Landingsterrein: Op 19 september 1944 landde gliders met Poolse materiaal. Daarbij sneuvelde korporaal Trochim. Zijn graf was lang anoniem.
Hoofdkwartier: U komt langs het huis waar generaal Sosabowski zijn hoofdkwartier had.
Stellingen: Zowel in Driel als in Oosterbeek onderscheidde kanonnier Karol Standarski zich bij het afslaan van een Duitse aanval. Hij sneuvelde in Oosterbeek.
Hoe kunt u de route volgen?
Er zijn verschillende manieren om de route te volgen.
Download de app van Liberation Route Europe en zoek daar de route om deze met de app te volgen. Daarin staan ook de verhalen en beelden bij de belangrijke plekken.
Op deze dag 85 jaar geleden, na de inval van Duitsland in Polen op 1 september 1939, verklaarde op 3 september 1939 het Verenigd Koninkrijk Duitsland de oorlog. Later op de dag volgde Frankrijk.
In Polen werd de deelname toegejuicht. Nu hoefde het leger tegen de Duitse overmacht alleen stand te houden tot de Britten en Fransen kwamen. Dergelijke steun bleef uit. Toch was de deelname van beide landen cruciaal. Het conflict breide zich uit tot wat we later ‘De Tweede Wereldoorlog’ zijn gaan noemen.
Toch was de deelname ook voor Polen belangrijk. Nadat de strijd tegen Duitsland, en vanaf 17 september ook tegen de Sovjet Unie, was verloren in oktober 1939 konden regering en leger uitwijken. Van najaar 1939 tot en met de zomer van 1940 werd in Frankrijk gewerkt aan de wederopbouw van het leger. Daarbij vochten de Polen mee tegen de Duitse inval in Frankrijk.
Na de verloren strijd in Frankrijk werd uitgeweken naar het Verenigd Koninkrijk. Vandaaruit volgde nog 5 jaar strijd voordat Duitsland was verslagen. Strijd waarbij de Polen ook in Nederland mensen verloren. Strijd die voor ons in West Euroap de vrijheid betekende. Voor Polen volgde een periode van communisme en pas echt vrijheid met de eerste vrije democratische verkiezingen in 1989.
Op foto (bron IWM) Polen die de straat op gaan bij het bekend worden van het nieuws dat het VK de oorlog heeft verklaard met een spandoek ‘Lang leve Engeland’.
Komende maanden herdenken we door heel Nederland dat 80 jaar geleden het land bevrijd werd van vijf jaar bezetting. Daarbij speelden ook Poolse bevrijders een belangrijke rol. Samen met Arno Baltussen van Stichting Driel Polen ontwikkelden we een presentatie over deze Poolse bijdrage.
We schetsen de internationale context, hoe het kwam dat de Polen aan het westfront meevochten, wat hun specifiek bijdrage in Nederland was en laten zien dat ook bij u in de buurt een Pools verhaal te vertellen is of wat de link is met de actualiteit. Daarbij is veel ruimte voor interactie.
Afhankelijk van het publiek kunnen we ook spreken over andere vormen zoals een quiz of voor scholieren werken met opdrachten. Neem dan wel graag tijdig contact op want dit soort aanpassingen vragen natuurlijk afstemming en voorbereidingstijd.
Lijkt het u interessant om voor uw organisatie een lezing te organiseren? Een Neem gerust contact op om af te stemmen.
In de zomer van 1940 vond er een enorme strijd om luchtoverwicht plaats in het luchtruim van Groot-Brittannië, die bekend werd als ‘The Battle of Britain’ en die begon op 16 juni met ‘Adlertag’. In de tussentijd werden de Poolse eenheden – met al doorgewinterde piloten – getraind in RAF-procedures. Op 2 augustus werd 303 squadron gevormd vernoemd naar Warschau en Tadeusz Kościuszko (in het Pools 303 Dywizjon Myśliwski „Warszawski im. Tadeusza Kościuszki”).
Op 30 augustus 1940 spotte de Poolse piloot Ludwik Paszkiewicz tijdens een andere trainingsoefening een Duitse Messerschmitt Bf 110-jager in het gebied en schoot hem neer. Een gebeurtenis die werd gebruikt in de epische film The Battle of Britain.
De volgende dag werd het squadron operationeel verklaard en officieel op volle sterkte ingezet om de hoogst scorende eenheid in de Slag te worden en blijvende roem te vergaren, wat resulteerde in boeken en films. Op Polen in beeld zijn meerdere artikelen te vinden over het 303 squadron.
Weinig mensen weten dat de eenheid later in de oorlog in actie kwam in de lucht boven Nederland en drie man verloor. Details hierover vindt u op onze website:
Plutonowy Stanisław Dworski, geboren 25-11-1919 | Gesneuveld op 18-09-1944 | Begraven in Bergen op Zoom
Vijftien augustus staat voor de katholieken voor Maria ten Hemelopneming. In Polen is het ook de dag van het leger. Dit is terug te voeren op de strijd in 1920 tegen de Sovjet Unie en het ‘Wonder aan de Wisła’.
De nasleep van de Eerste Wereldoorlog
Waar de algemene opvatting is dat de Eerste Wereldoorlog eindigde op 11 november 1918 volgde in diverse landen in Midden en Oost-Europa nog een turbulente nasleep door de ineenstorting van de vooroorlogse mogendheden. Zo ook in Polen dat zijn onafhankelijkheid hervond. Iets wat ieder jaar op 11 november herdacht wordt.
Voor die onafhankelijkheid moest de nodige strijd geleverd worden. Aan de westkant van Polen was de ‘Groot-Polenopstand‘. De enige geslaagde opstand in de Poolse geschiedenis waarbij de regio rond Poznan zich afscheidde van de Duitse Weimarrepubliek en aansloot bij Polen.
Wonder aan de Wisła
De grootste strijd werd geleverd met de Russen in het Oosten. Initieel begon Piłsudski de strijd om Wit-Rusland en Oekraïne om te vormen tot satellietstaten en was het Poolse leger succesvol waarbij ze tot Kiev kwamen en dit innamen. In de zomer van 1920 keerde het tij en trokken de Russen Polen binnen tot vlak bij Warszawa.
Terwijl buitenlandse diplomaten de Poolse hoofdstad begonnen te verlaten, werkte Piłsudski een gedurfd plan uit. In de nacht van 6 op 7 augustus 1920 voerde hij zijn operatieve flankaanval uit. Het lukte! De Sovjets lieten zich compleet verrassen. In twee opeenvolgende veldslagen vernietigden de brigades van Pilsudski twee derde van de Rode cavalerielegers.
Er werd gesproken van het wonder aan de rivier de Weichsel (Wisła). De restanten van het bolsjewistische leger zochten hun heil in de vlucht. Hun traagheid, vermoeidheid en lange aanvoerlijnen hadden de Sovjets de das omgedaan. Daarbij hadden ze ook geen rekening gehouden met de communistenhaat van de Poolse burgers en boeren.*
Wat in bovenstaande citaat onvermeld blijft is dat de Polen erin geslaagd waren de Russische codes te breken en daardoor op de hoogte waren van de Russische plannen. Ander interessant detail is dat een Russische bevelhebber de flank van de hoofdmacht ongedekt liet omdat hij bezig was met een aanval op Lviv / Lwów voor zijn eigen profilering. De aanval was vergeefs en de bevelhebber was Stalin.
Naar aanleiding van de Poolse overwinning is 15 augustus in Polen niet alleen de katholieke feestdag Maria ten Hemelopneming maar ook de dag van het leger. Voor ons een dag om stil te staan bij de honderden Poolse militairen die op onze site vermeld staan omdat ze het leven lieten op Nederlands grondgebied.
Schilderij bij dit bericht is "Cud nad Wisłą" - schilderij Jerzy Kossak Voor meer over informatie over de periode 1918 en verder lees 'De eerste jaren van Polen na 1918' op Polen in Beeld
Op 2 augustus verscheen in Brabants Dagblad een artikel over vier Poolse Parachutisten die nog na de gevechten bij Driel en Oosterbeek het leven lieten. Zdzislaw Jankiewicz overleefde de felle slag om Arnhem om in Huisseling te sterven toen zijn wapen per ongeluk afging bij het schoonmaken.
In 2022 verscheen het boekje ‘Anti-tank Artillery Squadron in the Battle of Arnhem’. Een boekje vol met feiten en analyses over de inzet van de Poolse antitankeenheid van de parachutisten brigade. Door deze focus geeft het ook veel inzicht op een vaak onderbelicht onderdeel van de strijd aan de noordkant van de Rijn.
De inzet van de 1ste Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade bij operatie Market Garden
Zonder hier de plannen in detail uit te werken waren aan het begin van de operatie de plannen om de brigade in vier fases over te brengen vanuit Groot Brittannië naar Arnhem. Het grootste deel, de licht bewapende parachutisten zouden op de derde dag (19 september dus) gedropt worden ten zuidoosten van de brug in Arnhem in de buurt van Elden. Voor meer details over de plannen en de totale Poolse inzet verwijzen we naar ons dossier Driel 44.
Het antitankgeschut, en hun jeeps met voorraden zouden via gliders op dag twee en drie landen aan de noordkant van de Rijn. Het zwaardere materiaal was via de weg via België onderweg. Zo kwamen uiteindelijk de Poolse ambulances bijvoorbeeld in Driel.
Onderstaande foto toont hoe een stuk wordt ingeladen in een glider. De tweede foto toont een dergelijk stuk achter een jeep. Dit zijn overigens Britse troepen. Van de Poolse stukken is bij ons slechts een foto bekend (zie foto boven dit bericht).
Omdat de geschutstbemanning van de 6-ponder anti-tank kanonnen bestond uit meer dan de twee man die met de gliders meekonden vliegen zou de rest als parachutist gedropt worden. Totdat de eenheden weer samen waren was het plan dat de gliderpiloten als geschutsbemanning zouden meedraaien.
Tot zover de plannen. Het verliep uiteindelijk anders.
Dag twee: De eerste 5 stukken bereiken Oosterbeek
Op de tweede dag van de landingen, 18 september vliegen en landen de gliders nog redelijk ongestoord op de geplande landingszone ‘S’ (LZ-S) in de buurt van Wolfheze. Van daaruit rijden ze via Heelsum naar Oosterbeek waar de stukken vlak bij het Britse hoofdkwartier in Hartenstein in stelling worden gebracht. Ze staan ruwweg rond de splitsing Oranjeweg – Utrechtseweg en de Sonnenberglaan.
Dit brengt het boekje mooi in kaart op basis van de verslagen van luitenant Mleczko die de positie van de stukken intekende op de kaart. Zoals het boekje optekent zijn 18 Polen – aangevuld met de gliderpilot en vijf kanonnen dan in stelling gebracht.
Dag drie: veel verlies van materialen
Op de 19de wordt de vlucht van de parachutisten afgelast door mist op de vliegvelden. De tweede groep gliders met kanonnen vertrekt wel en deze land aan het einde van de middag op LZ-L ten noorden van Oosterbeek rond de Johannahoeve. Rond dat terrein wordt op het moment hard gevochten tussen de inmiddels oprukkende Duitsers en de daar verdedigende Britten. Gevolg is dat bij de landing veel materiaal verloren gaan en dat van de tien overgevlogen kanonnen uiteindelijk maar twee het landingsterrein verlaten terwijl er een aan de rand gelijk ingezet wordt.
Van de 8 combinaties van jeeps met trailers verlaten er maar twee het landingsterrein. Behalve materiaal verliezen de Polen ook manschappen (lees het verhaal van Edward Trochim) omdat ze sneuvelen, gewond raken of gelijk gevangen genomen worden.
Als de geredde jeeps, stukken en trailers via Wolfheze de anderen in Oosterbeek bereiken zijn 44 Polen met 7 kanonnen inzetbaar aan de noordkant van de Rijn.
Van Hartenstein naar de zuidkant van de perimeter
Het boekje geeft een gedetailleerd relaas van de wijze waarop de stukken de strijd aan de noordwestkant van de perimeter in Oosterbeek ondersteunen als daar de Duitsers oprukken en het door de geallieerde troepen bezette gebied proberen in te nemen.
Een het einde van de woensdag wordt duidelijk dat de Poolse antitank eenheden nodig zijn om de zuidkant van de perimeter te helpen verdedigen waar de Duitsers zowel vanuit het westen als vanuit het oosten proberen de Britten af te snijden van de Rijn en daarmee van het uit het zuiden oprukkende XXX-corps. Tijdens deze transfer van de stukken worden de Polen beschoten en verliezen ze nog weer enkele manschappen.
Aan de zuidkant van de perimeter nemen ze vervolgens stelling in de buurt van de Oude kerk en bij de T-splitsing Kneppelhoutweg, Benedendorpsweg. Onderstaande foto is een iconische foto uit de strijd bij Oosterbeek en toont een 6-ponds geschut bemand door manschappen van No. 26 Anti-Tank Platoon, 1st Border Regiment. De inzet van de Poolse stukken zal er vergelijkbaar hebben uitgezien.
De ‘infanteristen’ van de eenheid
Terwijl een deel van de antitankeenheid felle strijd levert in Oosterbeek wacht het andere deel op het vertrek van hun vlucht naar het slagveld. Dit gebeurt eindelijk op de middag van 21 september. De dropzone is dan verplaatste van de omgeving Elden naar Driel. De manschappen van de antitankeenheid die dan landen in Driel worden bij gebrek aan hun antitank kanonnen opdracht zich als gewone infanterie ingezet bij de verdediging van Driel tegen Duitse aanvallen.
Bij de pogingen de Rijn over te steken bereiken in de nacht van 22 op 23 september iets meer dan 50 manschappen van het 3de bataljon, 8ste compagnie de noordoever. Zij nemen stellingen in aan de zuidwest kant van de perimeter rond de al eerder genoemde Kneppelhout weg.
Bij de tweede poging, in de nacht van 23 op 24 september bereiken ruim 150 man vanuit Driel de noordoever. Daaronder ook de ‘infanteristen’ van de antitankeenheid. Omdat tegen die tijd een groot deel van de kanonnen is uitgeschakeld worden zijn ingezet bij de van Lennepweg om daar de perimeter te helpen verdedigen terwijl andere troepen de Britten ondersteunen aan de Stationsweg in Oosterbeek.
In meer detail
Het boekje behandelt uiteraard in veel meer detail de tijdslijnen, de locaties en voor veel van de gesneuvelden de omstandigheden van hun dood.
Door de detaillering en het gebruik van niet altijd goed verklaarde afkortingen is het niet een boekje wat makkelijk weg leest maar dat is de schrijver Nigel Simpson en Mateusz Mroz vergeven. Het boekje is namelijk een must have voor iedereen met een bovengemiddelde belangstelling voor de Poolse inzet vooral omdat hierin de vaak onderbelichte rol van de Polen in Oosterbeek goed uitgelicht wordt.
De komende tijd gebruiken we die informatie om op Poolse Oorlogsgraven hun pagina’s aan te vullen met deze informatie, bijvoorbeeld het tot tweemaal toe heldhaftige optreden van Karol Standarski die dit in Oosterbeek met zijn leven moest bekopen.
De bijzondere weg naar de vrijheid van Bartek Mazur
Iedere Poolse bevrijder had zijn eigen verhaal over de route naar Nederland. In ‘Five Prisons to Arnhem’ maken we kennis met het verhaal van Bartek Mazur. Het boek verscheen al in 2022 in de VS maar is nu via ons en de Stichting Driel Polen ook in Nederland te krijgen*.
Gangbare routes
Er zijn ruwweg drie gangbare routes hoe onze Poolse bevrijders naar het westen kwamen om zich aan te sluiten bij de parachutistenbrigade of de pantserdivisie. Ten eerst weken na de najaarscampagne van 1939 veel militairen uit naar Roemenië en Hongarije om door te reizen naar Frankrijk om zich aan te sluiten bij de Poolse strijdkrachten. Een tweede route volgde Polen die door de Sovjet gedeporteerd werden naar werk- en strafkampen diep in de Sovjet Unie. Zij kwamen vrij nadat de Sovjets ook in het geallieerde kamp kwamen en reizend vervolgens via de Kaukasus, Perzië en Afrika naar het VK . De derde route betreft Polen die de pech hadden via Duitse dienstplicht of dwangarbeid in het westen te komen. Zij liepen over naar de geallieerden zodra daar de kans voor was.
Dit verhaal van Bartek Mazur volgt een andere route.
Langs vijf gevangenissen
Bartek Mazur groeit op met een talent voor talen en de piano. Zijn plannen aan het eind van het lyceum worden verstoord door de Duitse inval in 1939. Hij hoort in 1940 dat zijn vader vermoord is als politiek gevangene in Mauthausen. Dat maakt hem vastbesloten om wraak te nemen. Samen met twee vrienden besluit hij door Duitsland naar Zwitserland te reizen om zich daar te melden bij het Poolse consulaat. Alles lijkt voorspoedig te gaan totdat ze in Zwitserland opgepakt worden. Dan begint zijn reis langs de vijf gevangenissen van de titel. Op zijn reis komt hij nog in Frankrijk en Spanje voordat de laatste opsluiting volgt in het VK.
Zoals uit de titel is af te leiden, is dat niet het eindstation. Hij sluit zich aan bij de parachutistenbrigade en wordt hij ingezet bij Driel als onderdeel van operatie Market Garden.
De schrijver en zijn boek
Het boek is geschreven door Bartek Mazur zelf die zijn herinneringen wilde vastleggen voor zijn kinderen. Zijn dochter Edina liet de teksten zien aan een uitgever en die zei: “Je hebt een boek!”. Zoals we van de dochter begrepen vroeg het nog een inspanning om de handgeschreven memoires om te zetten naar een publiceerbare tekst ondersteund met beeldmateriaal maar dan toch lag er het boek.
En die inspanning loont. Het is een handzaam boek wat prettig leest met aantrekkelijk taalgebruik. De schrijver, die na de oorlog psychiater werd en beeldend kunstenaar, vindt via de redactie van zijn dochter een goede mix van beschreven herinneringen maar ook reflecties.
Ook het voor- en nawoord van de dochter versterken het verhaal met goede aanvullingen. Bizar is het in het voorwoord beschreven vooral dat het gezin Mazur aan tafel zit als ze denken dat ze hun gearresteerde vader met de wandelstok op de deur horen kloppen. Helaas is hij daar niet en later blijkt deze gebeurtenis overeen te komen met het moment van overlijden in Mauthausen.
Driel
Bartek en zijn beste vriend Sławek maakten onderdeel uit van de parachutisten die bij de tweede poging vanuit Driel de Rijn overstaken. Op het moment dat Bartek wilde instappen is de boot vol en vertrok zijn vriend naar de gevechten in Oosterbeek. Bartek bleef in Driel. Toen de strijd in Oosterbeek gestaakt werd keerde Sławek niet terug uit Oosterbeek. Ze zien elkaar pas terug na de oorlog.
Reflecties
Door de beschouwing van de schrijver zelf, die als man op leeftijd terugblikt op zijn jonge zelf, zou het in de literatuur een ‘ontwikkelingsroman’ genoemd kunnen worden naast de ‘roadmovie’ die het natuurlijk ook is. Het is interessant om te lezen hoe de psychiater een voorval in Driel analyseert en hoe het verlopen is met zijn wraakgevoelens jegens de Duitsers.
Zijn laatste woorden schreef Bartek nog na de 50ste herdenking in 1994 waar hij in Driel zijn beste vriend Sławek uit de oorlog terugziet die hij na 1953 uit het oog was verloren.
Dit verhaal zelf lezen?
Wilt u de ervaringen van Bartek Mazur zelf lezen? Het Engelstalige boek is verkrijgbaar voor €25 euro bij eventuele lezingen die we samen met de Stichting Driel Polen verzorgen. Kunt u daar niet op wachten? Stuur dan een mailtje via ons contactformulier op Polen in Beeld of gebruik de knop hieronder. Vermeld daarin uw naam en adres. Voor het toezenden via de post vragen we wel € 5 extra om de verzendkosten te dekken. We sturen u natuurlijk eerst een e-mail hoe u voor het boek kan betalen.
Rode Knop
*) Het boek is ook te bestellen op Ebay maar dan wel met forse verzendkosten. Foto's met dank aan Edina Mazur Deze blog was eerst gepubliceerd op Polen in Beeld
In 1944 landde de 1e Poolse Onafhankelijke Parachutisten Brigade (1 SBSpad) bij Oosterbeek en Driel in het kader van operatie Market Garden. De manschappen van de brigade kwamen vanuit heel Polen of om precies te zijn, van het grondgebied van De Tweede Poolse Republiek (afbeelding 1).
Verschuiven van grenzen
Na de inval van Duitsland op 1 september 1939 en de Sovjet-Unie 17 september 1939 werden gebieden in het westen en het oosten ingelijfd bij Duitsland respectievelijk de Sovjet-Unie. Uiteraard werden de gebieden van de Sovjet-Unie in 1941 bij de Duitse aanval op de Sovjet-Unie bezet door de Duisters. Als aan het einde van de oorlog als Duitsland is verslagen eist de Sovjet-Unie het in 1939 veroverde gebied opnieuw op en worden de gebieden ingelijfd bij de Socialistische Sovjet Republieken Oekraïne, Belarus en Litouwen. Ter compensatie worden in het westen gebieden van Duitsland Pools (afbeelding 2). Na nog wat ‘correcties’ in de jaren vijftig ontstaan de landsgrenzen zoals we die nu kennen.
Dit betekent dat meerdere manschappen van de brigade uit gebied komen dat nu onderdeel uitmaakt van landen zoals Oekraïne, Belarus, Litouwen of de Russische enclave rond Kaliningrad ten Noorden van Polen.
Slachtoffers uit de oostelijke gebieden
In februari 2023 publiceerde Graham Francis in de nieuwsbrief van de Arnhem 1944 Fellowship een lijst van de gesneuvelde Poolse parachutisten die kwamen uit deze gebieden. Hij gaf het artikel de titel ‘The Ukrainian Connection’.
In de lijst met 45 gesneuvelden staat de afkorting KIA voor ‘Killed in Action’, DoW voor Died of Wounds, en AOWC voor Arnhem Oosterbeek War Cemetry, ook wel bekend als ‘Airborne begraafplaats in Oosterbeek. Bekijk de lijst (in PDF).
Uiteraard ontvingen we toestemming voor het hergebruik van deze lijst.
Totale aandeel in de brigade
Aan het einde doet Graham Francis nog de volgende observatie: Van de 97 omgekomen parachutisten staan er 45* op de lijst als komende uit gebieden in het oosten die na de oorlog niet langer Pools waren. 32 daarvan komen uit gebied wat nu Oekraïne is. Hij extrapoleert dit en concludeert van de totale brigade zo’n 800 man uit deze gebieden komen waarvan zo’n 560 uit gebieden in de huidige Oekraïne.
Wat onbenoemd blijft is dat dit ook geldt voor ook generaal Sosabowski. Hij komt oorspronkelijk uit Stanisławów (tegenwoordig Ivano-Frankivsk in Oekraïne). Gebied wat toen hij werd geboren in 1892 overigens onderdeel uitmaakt van het keizerrijk Oostenrijk – Hongarije.
Kanttekening
Bij al deze analyses is het goed om een kanttekening te plaatsen. De regio’s waar we over spreken waar in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog zeer pluriform. Pas na de oorlog met het verschuiven van de grenzen volgden ook volksverhuizingen waardoor meer homogenen natiestaten ontstonden. Daarbij speelt natuurlijk mee dat de Joodse bevolkingsgroep, die voor de oorlog een substantieel aandeel van de bevolking vormde, voor een groot deel was weggevaagd in de holocaust.
Illustratief zijn daarvoor de kaart (afbeelding 3) met de verschillende dominante etnische groepen op het grondgebied van de Tweede Poolse Republiek. Ook interessant is het artikel van journalist Pieter van Os die beschrijft hoe in de regio mensen gevraagd naar hun (etnische) afkomst bij een volkstelling in die periode aangaven zich niet te vereenzelvigen met een natiestaat maar met de regio.
Vanuit de oostelijke gebieden naar Arnhem
Een deel van deze parachutisten week, toen in oktober 1939 Duitsland en de Sovjet-Unie Polen bezet hadden, uit naar Roemenië en Hongarije. Van daaruit vonden velen de weg naar Frankrijk en Groot-Brittannië om zich aan te sluiten bij het Poolse leger.
Een ander belangrijk deel werd door de Sovjets gedeporteerd naar werkkampen diep in de Sovjet-Unie. Zij die niet vermoord werden of de ontberingen van de kampen overleefden, konden zich pas vanaf 1941 aansluiten bij het Poolse leger toen de Sovjet-Unie in het geallieerde kamp kwam na de aanval van Duitsland. Sommige legden daarbij een afstand van 40.000 kilometer af op weg naar hun inzet bij Oosterbeek en Driel.
De bevrijding van noordoost Nederland aan de hand van ‘Poolse strijders over de hondsrug’
In april 1945 vocht de Poolse Pantserdivisie onder leiding van generaal Maczek mee voor de bevrijding van noordoost nederland in Drente en Groningen. Daarbij werkten ze samen met Belgen van de Special Air Service, een soort van ‘special forces’. Eerder dit jaar verscheen het boek ‘Poolse strijders over de Hondsrug‘. Met behulp van het boek en beeldmateriaal schetsen we enkele highligts van deze acties.
8 en 9 april 1945
Op 8 april maakten de Polen om vier uur ’s middgs contact met de Belgen bij Coevorden ter voorbereiding om de brug bij Oosterhesselen in te nemen over de Verlengde Hoogeveense vaart. Deze was waarschijnlijk sterk genoeg om de zware Sherman tanks te dragen.
Op 9 april namen de Polen in samenwerking met de Belgen de brug bij Oosterhesselen in. De Poolse genie versterkte op advies van lokale ingenieur van Rijkswaterstaat de brug met tramrails. In de avond van 9 april kwamen meer en meer Polen aan in Coevorden vanuit Duitsland. Zo startte hun belangrijke bijdrage aan onze bevrijding. Om half tien ’s avonds reed de eerst Poolse tank over de brug.
10 april 1945
Op 10 april trokken grotere aantallen Polen over de Verlengde Hoogeveense vaart over de burg bij Oosterhesselen. Op die dag bevrijdden ze plaatsen in Drente zoals Nieuwlande en Hollandsche veld. Helaas gaat dit niet zonder verliezen. Bij Wezuperbrug stak een Poolse patrouille het Oranjekanaal over waarbij ze stuitte op Duitse tegenstand. Hierbij sneuvelden Józef Turkowiak (34 jaar oud) en Stefan Jan Kosztubajda (27 jaar).
Ook raakte bij gevechten bij Noordbarge Stanisław Nowak gewond. Hij overleed de volgende dag in een militair hospitaal in Emmen aan zijn verwondingen, 36 jaar oud.
11 April 1945
Nadat op 10 april Emmen was bevrijd, trokken de Polen op 11 april verder op naar het noorden, noord-oosten. Bij Odoorn sneuvelt tankcommandant Bolesław Laskowski. Op het moment dat hij zijn tankpeloton halt liet houden om de omgeving te verkennen, werd hij door een Duitse kogel geraakt en viel van de tank. Zwaargewond werd hij afgevoerd naar naar het ziekenhuis in Emmen maar overleed onderweg 30 jaar oud.
12 april 1945
Deze dag in 1945 leverden de Polen en Belgen strijd rond plaatsen als Borger en Standkanaal. De Belgen verloren drie man bij Veele. De Polen verloren die dag in totaal 5 man. Onder hen Stanisław Kowalczyk, 38 jaar oud, als een Duitse granaat explodeert in zijn carrier vlak bij de Eeserbrug bij Borger. In Buinen sneuvelde Stanisław Bieliniec. Burgers wilde hem te hulp schieten. Het achtjarige zoontje Jacob Dieters werd hierbij dodelijk getroffen door een verdwaalde kogel.
Over de bevrijding van Vlachtwedde vertelt een bewoonster op de site ‘De Verhalen van Groningen’: “De Polen waren aardig tegen ons. Ze kookten slachterij in een emmer die ze bij de stelmaker W. Smid in de grond hadden gezet en vroegen mij of ik ook wat wilde. Ik kon ze niet verstaan, maar begreep ze wel.” De foto die u ziet in onderstaande video werd gemaakt in het najaar 1944 in Brabant maar is een mooie illustratie hoe Polen kinderen voedden.
Hoogtepunt van de dag was voor de Polen de bevrijding van gevangenen Kamp Oberlangen net over de Duitse grens. Toen de militairen hoorden van Poolse gevangen net over de grens reden ze met enkele tanks, tegen hun orders in, de Duitse grens over. In het kamp troffen ze ruim 1700 Poolse vrouwen. Zij waren na de Opstand van Warschau door de Duitsers krijgsgevangen genomen en kwamen in dit kamp terecht. Wat volgde was een emotioneel weerzien maar daarover de komende dagen nog meer.
13 April 1945
Op dertien april trokken de Polen op richting Tange-Alteveer. Daarbij stuitte ze op een Duitse verdedigingslinie. Bij de gevechten die volgde verdient luitenant-kolonel Karol Józef Complak hoge onderscheidingen, de Britse Distinguished Service Order en de Nederlandse Bronzen Leeuw omdat hij vooraan in de vuurlinie leiding geeft aan de opmars.
“On 12th April 1945 in the Tange-Onstwedde/Holland/ the Ist Infantry Brigade attacked a strongly defended enemy position under extremely heavy enemy fire. Lieutenant Colonel Complak seeing that our attack was held up by enemy fire, put his command post in the area of the forward company, and despising the personal danger, commanded and co-ordinated the attack of the leading company’s. With the support of the self propelled guns, which were playing the part of infantry support tanks, thus making it possible for the attack to go forward. In this way, being in the fore front of the attack and giving a fine display of bravery and coolness, Lieutenant Colonel Complak stormed with his men the first row of houses in Tange. In no time the localities of Tange and Onstwedde were taken, the enemy had heavy losses / 70 Killed and more than 100 prisoners/ our losses were exceedingly small. Without Lieutenant Colonel Complak’s presence, this attack on very heavily defended enemy’s position, would have been very costly, both in men and time lost. Throughout the fighting in France, Belgium, Holland and Germany, Lieutenant Colonel Complak has shown great coolness and personal bravery and been an example of true Soldier’s bravery on the Battlefield”.
Recommendation by : Major General Rudnicki, D.S.O., GOC 1st Armoured Division. Dated : 28th June 1945 via Warrelics
De Polen namen ruim honderd Duitsers krijgsgevangen en bevrijdde Tange-Alteveer. Bij de gevechten sneuvelt Bernhard Grabowski.
De meeste Poolse soldaten die in april sneuvelden zijn overgebracht naar Breda in de jaren na de oorlog. Zo niet het lichaam van Bernhard Grabowski. Hij ligt samen met twee Nederlandse verzetsstrijders, Jacob Feringa en Hendrik Lever onder een monument op de lokale begraafplaats.
In totaal verloren de Polen op 13 april Polen zeven man. Drie van hen als gevolg van verkeersongelukken als ze een bezoek wilden brengen aan Oberlangen wat de dag daarvoor bevrijd was.
De bevrijdde plaatsen op die dag zijn Alteveer, Blijham, Bourtange, Gasselte, Gasselternijveen, Gieten, Gieterveen, Holte, Nieuw Buinen, Nieuwe Pekela, Ommelanderwijk, Veelerveen, Veendam, Wedde, Wedderveer en Wildervank.
14 april 1945
Op dei dag bevrijdde de Poolse pantserdivisie plaatsen zoals Meeden, Muntendam, Oude Pekela, Westerlee en Zuidwending.
De divisie verloor twee man: Fuselier Piotr Malinowski en korporaal Roch Kiroja. Kijora raakte de 13de april gewond bij Plaggenborg en overleed in een noodhospitaal in Sellingen. Kijora diende onder de naam Stankiewicz. Het vechten onder een pseudoniem was om de familie thuis te beschermen mochten de soldaten ooit gevangen genomen worden door de Duitsers.
Net over de grens Die dag leden de Polen zware verliezen bij de strijd bij Dörpen voor de brug over het Küstenkanaal net over de Duitse grens. De slachtoffers van deze strijd zijn begraven in Duitsland en vallen daarmee buiten de scope van deze website.
15 april 1945
Op vijftien april bevrijdden de Polen de plaatsen Heiligerlee, Midwolda, Nieuwe Statenzijl, Oostwold, Scheemda, Winschoten en Zuidbroek.
Die dag verloor de divisie drie man. Schrijnend in het geval van Jan Andrzej Kozakiewicz. Hij is een van de Polen die naar Oberlangen reisde op zoek naar familie. Zijn jeep raakte in een greppel. Zijn zus vond haar broer na al die jaren oorlog terug in de ziekenboeg van kamp Oberlangen. Hij was helaas aan zijn verwondingen bezweken en werd 22 jaar oud.
16 april
Op 16 april komen drie Polen om. Het lichaam van korporaal Stanisław Fredecki werd in de omgeving van Winschoten gevonden. De aanname is dat hij zichzelf van het leven heeft beroofd (zelfdoding kwam vaker voor, lees bijvoorbeeld het verhaal van de parachutist Mikiciuk). Opmerkelijk genoeg staat in Winschoten nog een grafsteen met zijn naam hoewel hij in 1960 werd overgebracht naar Breda.
17 April
Op 17 april overleden 8 soldaten van de brigade. Sommige sneuvelden in het gevecht. Een viertal overleed die dag in de verschillende militaire hospitalen. Zes van hen vonden na de oorlog hun laatste rustplaats in Breda. Korporaal Leon Lampert vond zijn laatste rustplaats op Jonkersbos bij Nijmegen.
Het verhaal van Korporaal Teofil Andrzej Małkowski valt op om twee redenen. Ten eerste werd hij dodelijk getroffen in zijn hoofd door een kogel via een kijkgat van de tank. Het schot zou zijn gelost door een NSB-boer. In een vermoedelijke wraakactie door de Binnenlandse Strijdkrachten werd hij en zijn gezin vermoord (lees blog over Doofpotbewakers op Polen in Beeld). Ten tweede werd na de oorlog zijn lichaam niet teruggevonden in Winschoten waar hij zou zijn begraven. Hij is tot op heden vermist.